Boss GT-6 GT-6 User Manual Page 45

  • Download
  • Add to my manuals
  • Print
  • Page
    / 84
  • Table of contents
  • BOOKMARKS
  • Rated. / 5. Based on customer reviews
Page view 44
Hold
Met de hold functie kan de output van het
synthesizergeluid worden vastgehouden. Indien u hold
inschakelt terwijl een synthesizergeluid naar de output
wordt gestuurd, zal het synthesizergeluid worden
vastgehouden totdat u de functie uitschakelt.
U kunt het in- en uitschakelen van de hold functie bedienen
met de voetschakelaar. Normaliter kiest u “Hold Off”.
* Gebruik deze parameter wanneer bij wave “Square” of ”Saw”
is geselecteerd.
Synth Level
Dit regelt het volume van het synthesizergeluid.
Direct Level
Dit regelt het volume van de direct sound.
SEQ (Sub Equalizer)
Dit regelt de toon als een sub equalizer. Voor het hoog-
midden en het laag-midden bereik wordt een parametrisch
type gebruikt.
Low EQ (lage equalizer)
Regelt de klank in het gebied van de lage frequenties.
Low-Middle-Frequency
Bepaalt het midden van het frequentiebereik dat zal worden
geregeld door de “laag-midden equalizer.”
Low-Middle Q
Bepaalt de breedte van het gebied dat zal worden beïnvloed
door de equalizer die werkzaam is rond de “Low-Middle-
Frequency”. Hogere waarden zullen het gebied smaller
maken.
Low-Middle EQ (laag-midden equalizer)
Regelt de klank in het gebied van de laag-midden
frequenties.
High-Middle-Frequency
Bepaalt het midden van het frequentiebereik dat zal worden
geregeld door de “hoog-midden equalizer.”
High-Middle Q (hoog-midden Q)
Bepaalt de breedte van het gebied dat zal worden beïnvloed
door de equalizer die werkzaam is rond de “High-Middle-
Frequency”. Hogere waarden zullen het gebied smaller
maken.
High-Middle EQ (hoog-midden equalizer)
Regelt de klank in het gebied van de midden-hoog
frequenties.
High EQ (hoog equalizer)
Regelt de klank in het gebied van de hoge frequenties.
Level
Regelt het volume na de equalizer.
NS (Noise Suppressor)
Dit effect reduceert het geluid en gebrom dat door
gitaarelementen wordt opgepikt. Aangezien het geluid
wordt onderdrukt, synchroon met de wijze waarop het
gitaargeluid met de tijd vervalt, heeft het erg weinig effect
op het gitaargeluid zelf en heeft het geen invloed op het
natuurlijke karakter van het geluid.
* Schakel de noise suppressor in vóór u het reverb effect
inschakelt. Zo voorkomt u een onnatuurlijke onderbreking van
het reverb effect.
On/Off (effect aan/uit)
Schakelt de noise suppressor in of uit.
Deze parameter kan worden ingesteld met de
PATCH/VALUE draaiknop.
* Indien [NAME/NS/MASTER] is ingedrukt, kunt u de noise
suppressor niet in- of uitschakelen.
Threshold
Pas deze parameter aan aan het geluidsniveau van het
storende geluid. Indien dat niveau hoog is, is een hogere
waarde aan te bevelen. Bij een lager niveau dient een lagere
waarde te worden ingesteld. Pas de waarde aan totdat het
verval van het gitaargeluid zo natuurlijk mogelijk klinkt.
* Een hoge waarde voor de threshold parameter kan tot gevolg
hebben, dat er geen geluid is wanneer het gitaarvolume zeer
laag staat.
45
Hoofdstuk 4 De effecten uitgelegd
Parameter Waarde
On/Off Uit, Aan
Threshold 0–100
Release 0–100
Hoofdstuk 4
Page view 44
1 2 ... 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 ... 83 84

Comments to this Manuals

No comments